Alle Honden komen uit China-( Tibet/Mongolie )


 

 


Begin

Kwartierstaat Koos van Rijn
Grafische versie 1
Grafische versie 2

Grafische versie 3

Nieuws
2009
2010
2011

2012
2013
2014

Over Ons
Rembrandt

Onze honden
Reuen

Teven
Nakomelingen
Foto's Nakomelingen

In loving memory

Pups
Planning


Fotogallery
Nostalgisch Type 1
Nostalgisch Type 2
Waterwerk

Shows
Kopstudie

Wandelingen
Hoek van Holland 1
Hoek van Holland 2


Bron Newfoundlander
Newfoundland 
Oeroorsprong
Oorsprong
L Anse aux Meadows
Tibet Dog
Tibet Dog2 
Lord Byron

Fokken 
Pup/Fok-Advies
FokFaciliteiten
Dekmoment
Vruchtbaarheid
Ontwikkeling embryo
FCI - Rasstandaard
Kynologische termen
Voeding
Afspeenmethode

Marskwa's adagiums

Genetica
Kleurvererving
HD-ED vererving
Kynethologie
Dilatatie
DNA: 
From where I am
Evolutie Theorie  
Bioritmiek
Freud
Deugdethiek

Teek Care

De andere Passie
Odysseus
Sprookje 
Alexander de Grote
Peloponnesos
Hippocrates
Magisch Realisme
Filosoferen over sex
Magna Graecia
Boeddhisme
Klimaat
 
Israël

Agape
Christus was een filosoof

Astrologie
Maanstanden

Links

Webcams HvH


 

 


Vangelis


Door MARTIJN HOVER

 

Zelfs de meest verstokte kattenliefhebber  zal moeten toegeven dat een hond en mens een heel speciale band hebben. Archeologen zijn het erover eens dat de hond het allereerste huisdier was en al in menselijk gezelschap verkeerde lang voordat mensen geiten, schapen, koeien en paarden gingen houden. Om van katten nog maar te zwijgen.


Hoe de hond precies tot huisdier is geworden, weet echter niemand.
De oudste hondenresten die door archeologen zijn opgegraven dateren van ongeveer 14.000 jaar geleden. 
Er zijn twee theorieën over het ontstaan van de hond.
De eerste zegt dat mensen ooit begonnen zijn wolvenpups in huis te nemen en te temmen, hetzij puur als gezelschapsdier, hetzij als hulp bij de jacht. Dat lijkt aannemelijk, maar er valt toch wel wat tegen in te brengen, meldt het Amerikaanse wetenschapstijdschrift Science, dat onlangs in één en dezelfde editie maar liefst drie wetenschappelijke onderzoeken naar de herkomst van de hond publiceerde. Het voornaamste bezwaar is gelegen in het temperament van de wolf, die zich slecht laat domesticeren, zelfs als hij van jongsafaan door mensen wordt opgevoed.

Een plausibeler verklaring lijkt dat wolven op een zeker ogenblik als aaseters in de buurt van mensen zijn gaan rondhangen. Omdat mensen over het algemeen succesvolle jagers waren die ook met grote prooidieren geen moeite hadden, vormden zij voor zulke wolven een gemakkelijke voedselbron.In de loop der generaties ging het de wolven die de minste angst voor tweebeners hadden het meest voor de wind, waardoor ze uiteindelijk gescheiden raakten van hun meer voorzichtig aangelegde soortgenoten.

Uiteindelijk leerden deze wolven steeds beter het gedrag te 'te lezen' van de mensen van wie ze afhankelijk waren geworden. Amerikaanse onderzoekers beschrijven in Science een proef waarbij werd bekeken in hoeverre honden en wolven in staat zijn om voedsel te ontdekken dat verborgen was onder een plastic beker als een mens er naar wees.
De wolven brachten daar niet veel van terecht. De honden lukte het echter feilloos. In feite, melden de onderzoekers, zijn honden zelfs nog beter in het begrijpen van zulke aanwijzingen dan onze naaste verwant, de chimpansee. Dat duidt er op dat een belangrijk deel van de evolutie van de hond er op gericht is geweest om menselijke lichaamstaal te leren begrijpen.

Een andere vraag is waar honden voor het eerst werden gedomesticeerd. Algemeen werd tot voor kort aangenomen dat het in het Midden-Oosten moet zijn gebeurd, omdat daar de eerste onomstotelijke bewijzen voor de aanwezigheid van hondachtigen in de buurt van mensen zijn e opgegraven. Zoals het aandoenlijke, 12.000 jaar oude graf van een jonge vrouw in Israël die was begraven met een puppie in haar armen.
Tegenwoordig zijn wetenschappers echter niet langer afhankelijk van archeologische opgravingen voor het beantwoorden van dergelijke vragen. Bestudering van het DNA van honden en vergelijkng met het erfelijk materiaal van hun naaste verwante de wolf biedt onderzoekers een geheel nieuw venster op het verleden.

Een team van Zweedse en Chinese onderzoekers onderzocht het DNA van meer dan 500 hondenrassen van over de hele wereld en tientallen wolven uit Europa en Azië. Op grond van door mutaties veroorzaakte verschillen in het DNA waren zij in staat een ruwe 'stamboom' van de verschillende hondenrassen te maken.
De uitkomsten waren verrassend. Hoewel de honden in verschillende genetische groepen konden worden onderverdeeld, bleek de overgrote meerderheid zoveel overeenkomsten te vertonen dat de onderzoekers concludeerden dat 'domesticatie' van de hond waarschijnlijk op één geografische lokatie heeft plaatstevonden. Omdat de onderzochte hondenrassen uit Oost-Azië de grootste onderlinge genetische diversiteit vertoonden, gaan de wetenschappers er van uit dat de Oost-Azatische hondenpopulatie de oudste is dat de hond met andere woorden in Oost-Azië is ontstaan. "China (Tibet-Mongolië) zou een goede gok zijn", aldus onderzoeker, Peter Savolainen van het Koninklijk Technologisch Instituut in Stockholm.

Ook in de Romeinse tijd waren het vooral de Grieken die verre reizen maakten. Met behulp van de passaatwinden werd over de Indische Oceaan nar India en Zuidoost-Azië gevaren, misschien zelfs tot China. Vanuit China zelf werd, vooral door de reizen van Zang Oian, de zijderoute geopend, die het Chinese en het Romeinse wereldrijk met elkaar verbond.

The End of the Line

Eén genfout maakt het verschil tussen een Dog of een keffertje.

Meer dan welk dier ook, kent de hond reuzen en dwergen. En vermoedelijk komt dat door maar één tikfoutje in het honden-DNA.

Er is geen dier dat zoveel in grootte varieert als de hond
Dat is vreemd want honden stammen af van de wolf die zelf nogal constant van formaat is.

Toch kwam de krimp bij honden al spoedig na hun domesticatie op gang. Hondenfossielen uit Rusland van vijftienduizend jaar oud zijn nog fors. Fossielen uit het Midden-Oosten en Zuid-Europa van twaalfduizend jaar oud blijken al een aardig stuk geslonken
Dat is mogelijk het gevolg van een genetische aandoening.

Misschien was de mens juist erg blij met een wat handzamere huisgenoot en hield hij daarom vooral kleinere exemplaren aan. Zo kon de erfelijke smet zich snel verspreiden. Dat klopt, melden genetici vandaag in Science: minihonden blijken allemaal een afwijkende erfelijke bouwsteen te hebben in het gen voor een groeihormoon (IGF-1).

Dat schrijffoutje zit niet op het gen zelf, maar in het stukje DNA ernaast dat het gen aanstuurt 
( gerelateerd gen, zo ook bij HD-ED vererving ). De hondjes maken daardoor wel het normale hormoon aan, maar slechts mondjesmaat. Ze zijn daardoor geheel gezond en normaal, maar klein van stuk.

De onderzoekers ontdekten de genetische verschrijving na studie van het DNA van de Portugese waterhond. Dat ras varieert van mini tot maxi, en het DNA van de kleintjes bleek bij het gen voor het groeihormoon iets te verschillen van dat van de groten.

Vervolgens namen de genetici een keur aan keffertjes, zoals chihuahua’s en dwergkezen, en reuzen als de Ierse wolfshond en Deense dog, onder de loep.

Alle honden (en mensen) hebben het IGF-gen, maar alleen de kleinere – onder de 9 kilo – hebben de erfelijke tikfout. Uitzondering is de Rottweiler, een flinke jongen maar toch met de DNA-outfit van de onderdeurtjes. 
Dit dier moet er vanwege een andere genetische factor extra kilo’s bij krijgen.

De genetici pretenderen met hun studie ook wat voor de mens te kunnen betekenen. Inzicht in de genen die de groei reguleren kan ook helpen bij de speurtocht naar behandeling van ’groeidwalingen’. Kanker is er één van. De verstoorde celgroei bij prostaatkanker lijkt mede te maken te hebben met ontsporing van hetzelfde IGF-gen dat nu bij de honden is onderzocht.

 

Back

 

The End of the Line